◊ Bradleya 13:57 (1995)
◊◊ Rhipsalis tucumanense Web - Rev. Hort. 64: 426 (1892)
Hariota tucumanensis (Web)Küntze - Rev. Gen. Plant. 3(2):107 (1898)
Lepismium tucumanense (Web)Backbg - Kaktus-ABC 155 (1935)
- Struikachtig, fors, rechtop of hangend, leden onregelmatig verspreid,
nooit in kransen of met tweeën, 60 cm lang, 0,8-1,5 cm doorsnede,
cilindrisch, later min of meer vijfkantig, donkergroen, stijf. Areolen dicht
opeen, borstelig, later kaal, met grote rode schub en rode ring. Bloem
lateraal, 1,5-1,8 cm doorsnede, omgeven door wol, wit, buitenste
bloembladeren strogeel. Meeldraden en stamper strogeel. Vrucht rood of wit
met rode tint, vlak kogelvormig, 0,7 cm lang, 0,8-1 cm doorsnede. Zaad
glanzend bruin, 1,2 mm lang, 0,8 mm breed.
- Peru: Junín; Bolivië: La Paz, Santa Cruz, Tarija; Argentinië:
Tucumán, Catamarca, Santiago del Estero, Salta, Jujuy. 600-2350 m.
Bloeitijd eind droge seizoen.
Cact. 4:234, plate 28
An. Mus. Hist. Nat. Buenos Aires 32:477 (1925)
Backeberg 2:692
KuaS 25(9):200
Bradleya 18:17"
NCL 255"
EPIG 10(4):116"|; 79:13
Succulenta 97(5):221", 222"