◊ KuaS 54(9):243 (2003)
◊◊ Rhipsalis biolleyi Web - Bull. Mus. Hist. Nat. Paris 8:467 (1902)
Cereus biolleyi Web - in: Schumann, Gesamtb. Kakt. 60 (1903)
Weberocereus biolleyi (Web)Br&R - Contr. US Nat. Herb. 12:431 (1909)
Weberocereus panamensis Br&R - Cact. 2:215" (1920)
- Leden lang en dun, rond of onduidelijk geribd of driekantig, ±4-5 mm
doorsnede. Areolen klein, weinig viltig, ver uiteen. Doorns ±5 aan de
basis van de leden, ±3 mm lang, créme tot bruingeel. Bloem 3-5 cm lang,
trechtervormig, roze. Receptaculum 2,5-4 cm lang, groengeel tot paarsrood,
onderste areolen met doorns en wol. Buitenste bloembladeren geelachtig roze
tot paarsroze, binnenste bloembladeren rozewit. Meeldraden wit, helmknoppen
lichtgeel. Stijl créme, stempels créme tot rozeachtig. Vrucht 2,5 cm
lang, 2,2 cm doorsnede. Zaad 1,8x2x1,5 mm, zwart.
- Costa Rica: Alajuela, Guanacaste, Limón, Heredia; Panama: Colón
(Rio Fato), Bocas del Toro, ?Darién, tot 1600 m.
Cact. 2:215, plate 38 (W. panamensis), plate 39
Backeberg 2:801
Ash. 2-1:8"
Succulenta 57(6):119"
KuaS 28(3):64; 31(3):66-69"; 40(2):50"
Epiphytes 6-24:66
Icones. Pl. Succ. 53:113-115" (1981)
CSJ(USA) 53(3):113'
EPIG 6(4):84-87"; 10(4):125, 126"
Cact. Syst. Init. 17:51
NCL 280"