Rhipsalis flagelliformis
Taylor&Zappi


◊◊ Bradleya 32:2-12 (2014)

- Hangend, 1-4 m lang, leden in groepen van maximaal zes verschijnend aan het eind van het voorgaande lid, eerst omhoog staand, later hangend, met luchtwortels. Leden soms tot 2 m lang, 8-10 mm doorsnede, geribd. Ribben 5-7, doorlopend, scherp, tot 4 mm hoog aan de top. Areolen niet verzonken, 6-8(-10) mm uiteen, met weinig wol, later kaal, en met ±10-15 fijne borstelachtig witachtige doorns van 3-6 mm lang. Bloemknop niet door de epidermis heen komend. Bloemen talrijk, maar nooit met meerdere op een areool, 7 mm doorsnede, vuilwit. Pericarpel diep rozerood. Meeldraden wit, klein. Stijl iets korter dan de meeldraden, stempel wit. Vrucht licht samengedrukt tot bolvormig, 5 mm doorsnede, eerst roze, bij rijpheid wit. Zaad zwartbruin, tot 1x0,5 mm.

- Brazilië: 50 km ten westen van Campos dos Goytacazes (Rio de Janeiro) en ten zuiden van het Parque Estudial do Desengano, 190 m.

EPIG 74:18-23"
KuaS 68(1):15-19
Succulenta 97(1):44
Rodriguésia 71 (2020)