Rhipsalis lindbergiana
KSch


◊◊ in: Martius, Flora Brasiliensis 4-2:271 (1890)
Hariota lindbergiana (KSch)Küntze - Revisio generum plantarum 3-2:107 (1898)
Rhipsalis densiareolata Löfgr - Arch. Jard. Bot. Rio de Jan. 2:41 (1918)

- Sterk vertakt, tot 2 m lang. Leden hangend, tot 90 cm lang, 5 mm doorsnede. Areolen 6 mm uiteen, met vilt. Borsteldoorns pas na de eerste bloei, dan 2, tot 2 mm lang. Bloem lateraal, door epidermis heenbrekend, tot 9 mm lang, wit tot roodachtig. Bloembladeren langer dan ovarium. Vrucht wit, roze of lichtrood, 3-5x2,5-4 mm doorsnede. Zaad 1 mm.

- Brazilië: Pernambuco, Sergipe, Bahia, Minas Gerais, Espírito Santo, Rio de Janeiro, São Paulo, meestal niet meer dan 150 km van zee, in Bahia echter op de oosthellingen van de Chapada Diamantina, Serra da Jacobina en Serra do Espinhaço. Tot 1000 m. Bloeitijd juli tot oktober.

Cact. 4:228, plate 21
Backeberg 2:662
Bradleya 13:53", 63
Cacti of Eastern Brazil 217
NCL 255"
CEB 217, 233'', 234''
KuaS 66(3)
Succulenta 97(1):41"