◊◊ KuaS 38(1):16-19" (1987)
- Hangend, tot 1 m lang of meer. Leden altijd vlak, dun, acrotoon
vertakkend, 6-12 cm lang, tot 6,5 cm breed, donkergroen. Bloem 8 mm lang, 1
cm doorsnede. Bloembladeren doorschijnend wit. Meeldraden witachtig. Stijl
witachtig. Ovarium cilindrisch, groenachtig wit, kaal. Vrucht eerst
bruinrood, bij rijpheid vuilwit, ±7 mm doorsnede. Zaad 1,3x0,5 mm.
Zelffertiel.
- Peru: San Martín, 800 m; Ecuador: Sucua, Napo, Morona-Santiago,
Zamora-Chinchipe; Suriname, 950 m.
Bradleya 5:98"; 13:60, 62
NCL 256
EPIG 62:25
Calvente 2010'
Succulenta 98(4):246